HAN: vraag m.b.t. het voorlopig geen tijdelijke en vaste contracten te verstrekken voor het service bedrijf

Graag had ik een officiële reactie van het CVB op onderstaand signaal?
Vr.Gr. Raf Daenen regionaal onderhandelaar abvakabo FNV 0646298931

Vraag

Middels deze mail wil ik u inlichten dat er zeer recent bij de HAN besloten is voorlopig geen tijdelijke of vaste contracten meer te verstrekken voor het servicebedrijf. Verschillende van mijn collega's hebben afgelopen vrijdag en maandag plotseling te horen gekregen dat hun aflopende contract niet verlgengd zal worden. Er is hun medegedeeld dat er voor 2014 voorlopig geen contracten mee worden gegeven. In een aantal gevallen is dit erg schrijnend, omdat deze collega's onofficieel al met leidinggevenden afspraken hadden gemaakt over de verlening van hun aanstelling. Deze afspraken zijn dus ineens komen te vervallen. Uiteraard valt op de timing (midden in de vakantie) ook het een en ander op te merken. Ik maak mij als medewerker van de HAN ernstige zorgen over de manier waarop er momenteel met de medewerkers van met name het servicebedrijf wordt omgegaan. Ten eerste omdat medewerkers zonder vaste aanstelling wel heel erg makkelijk aan de kant geschoven worden. Ten tweede omdat de druk op het personeel met een vaste aanstelling enorm wordt opgevoerd. Zij moeten immers de werkzaamheden van de vertrekkende collega's over gaan nemen. Uiteraard besef ik mij dat er in tijden van bezuinigingen gesneden worden in de kosten. Ik vraag mij echter af of het SB momenteel niet onevenredig zwaar getroffen wordt. Vandaar dus dat ik deze ontwikkeling onder de aandacht van mijn vakbond wil brengen.

Antwoord

Beste heer Daenen,
Dank voor uw signaal ten aanzien van het beleid dat binnen het Service Bedrijf (SB) zou zijn afgekondigd om geen tijdelijke of vaste contracten meer te verstrekken.
Allereerst willen wij er helder over zijn dat deze uitspraak in twee opzichten niet correct is. Ook binnen het SB worden nog steeds mensen aangenomen en zijn er ook tijdelijke contracten die worden omgezet naar vaste.
Wel is het zo dat het SB zeer kritisch is op de omvang van zijn kosten en over het kostenniveau ten opzichte van de onderwijsorganisatie. Over de verhouding OP/OBP zijn resultaatafspraken gemaakt op HAN niveau. Daar waar processen efficiënter en met minder mankracht ingericht en uitgevoerd kunnen worden, worden die kansen benut. Er wordt dan ook kritisch gekeken naar de inzet van mensen, zeker als dat gaat om vaste krachten; het opgeven van flexibiliteit betekent immers het opgeven van de mogelijkheid om efficiencyslagen te incasseren. Het grootste deel van de kosten van het SB betreft immers personeelskosten.
Het beleid ten aanzien van instroom is dan ook om mensen in eerste instantie aan te nemen op tijdelijke contracten. Het is echter niet zo dat dat betekent dat er geen vaste contracten worden aangeboden. Het SB zoekt naar de juiste balans tussen flexibiliteit en een stabiele, vaste kern en als er verloop is in de kern en er geen mogelijkheid is om verder in te krimpen, dan ontstaat er ruimte om mensen naar vaste contracten te laten doorstromen. Dit betreft met name functies die door schaarste op de arbeidsmarkt moeilijk zijn in te vullen.

Met vriendelijke groeten,
Namens het College van Bestuur

Colette Theeuwes,
Bestuurssecretaris