woensdag 18 december 2013

Pas op je Tellen, OR gaat buiten haar boekje door op stoel vakbond te gaan zitten


Aan alle leden van de gezamenlijke vakorganisaties, werkzaam bij  ROC West-Brabant


 Tilburg, 14 devcember 2013

Geachte dames en heren,

De  decentrale bestuurders van de vakbonden AOb, ABVAKABOFNV, CNV Onderwijs en FvOv/UNIENFTO willen gezamenlijk via deze Nieuwsbrief alle leden informeren.

Wat is er aan de hand?
De Raad van Bestuur van ROC West-Brabant heeft het transitieplan (1e tranche RSA; FA, PSA, DA) Service Center en bedrijfsvoering met daarin een herplaatsingsprocedure en aspecten van flankerend beleid voorgelegd aan de Ondernemingsraad (OR) van ROC West-Brabant.
Hoewel de vakbonden zowel per mail als in een persoonlijk contact met de OR hebben  aangegeven wat de rolverdeling  van  de OR in relatie tot de rol van de vakbonden is, heeft de OR toch ingestemd met het transitieplan.
De vakbonden zijn van mening dat ingevolge de CAO BVE (art. G 3 en 4) de bevoegdheid van de OR ligt bij het reorganisatieplan. De bevoegdheid omtrent de arbeidsvoorwaardelijke gevolgen ligt bij de vakbonden en duidelijk niet bij de OR.
Toch heeft de OR gemeend OOK hierover zijn instemming te verlenen en is uw werkgever niet voornemens om de onderhandelingen  met de vakbonden omtrent de arbeidsvoorwaardelijke gevolgen van de reorganisatie te openen.
Wij willen u door middel van deze brief op de hoogte stellen van het feit dat er dus met ons geen Sociaal Plan of iets soortgelijks is overeengekomen!
Mocht de werkgever nu toch met u in onderhandeling treden omtrent arbeidsvoorwaardelijke gevolgen, dan adviseren wij contact op te nemen met de afdeling individuele belangenbehartiging (juridische zaken/rechtspositie) van uw vakbond!

Ook zullen wij begin 2014 verschillende schoolbezoeken bij uw ROC afleggen om een en ander nader toe te lichten.
Hopend u hiermee voorlopig voldoende te hebben geïnformeerd, verblijven wij,
 Namens de gezamenlijke vakorganisaties,
Jan van den Dries, FvOv/UNIENFTO
Raf Daenen, ABVAKABOFNV
Myriam Biekens, CNV Onderwijs
Ine van der Marck, Algemene Onderwijsbond

Cc. OR ROC West-Brabant



Geachte leden van de Raad van Bestuur,

 

Van leden van de ondernemingsraad van ROC West-Brabant hebben wij, vertegewoordigers van de vakorganisaties, begrepen dat zij hebben ingestemd met het door u voorgestelde transitieplan (1e tranche RSA; FA, PSA, DA) Service Center en bedrijfsvoering.
De vakorganisaties zijn echter van mening dat het hier een reorganisatie betreft waarover in het kader van de arbeidsvoorwaardelijke gevolgen overleg met ons gevoerd had dienen te worden. De vakorganisaties hebben dit in de contacten met de Raad van Bestuur overigens al diverse keren aangegeven. Dit kan dus niet nieuw zijn voor u.
In het transitieplan is eveneens een plaatsingsprocedure opgenomen, alsmede maatregelen in het kader van flankerend beleid; ook hierover zijn de vakorganisaties van mening dat overleg op zijn plaats was geweest.
Zie hiervoor de desbetreffende cao-artikelen:

CAO BVE hoofdstuk G Werkgelegenheid en afvloeiing
Art. G-3

  1. De werkgever overlegt met de vakbonden in het kader van reorganisatie over de volgende onderwerpen:
a. de arbeidsvoorwaardelijke gevolgen van reorganisatie, fusie en splitsing
b. het pakket arbeidsvoorwaarden indien er sprake is van een verticale scholengemeenschap

      2. Het reorganisatieoverleg zoals benoemd in lid 1 is gericht op het bereiken van overeenstemming.

      3. Van overeenstemming is sprake wanneer de werkgever overeenstemming bereikt met een meerderheid van de aan het reorganisatieoverleg deelnemende vakbonden.

      4. De werkgever stelt de georganiseerde werknemer, indien nodig in werktijd, in staat om op verzoek van de vakbonden als deskundige deel te nemen aan het reorganisatieoverleg van de eigen werkgever.

Art. G-3a

  1. De werkgever heeft een sociaal statuut dat ten minste de volgende elementen bevat;

  1. In welke gevallen overleg met vakbonden op instellingsniveau moet worden gevoerd
  2. In welke gevallen er overleg over een sociaal plan moet worden gevoerd
  3. In welke gevallen maatregelen overeengekomen worden inzake;

-herplaatsing in de eigen organisatie

-overplaatsing naar een nadere organisatie

-vertrekbevorderende maatregelen

       2. Over wijzigingen in het sociaal statuut voert de werkgever op overeenstemming gericht overleg met de vakbonden op de instelling.
 

Nu er geen overleg heeft plaatsgevonden, gaan de vakorganisaties er vanuit dat er derhalve ook geen enkel arbeidsvoorwaardelijk gevolg voortvloeit uit deze transitie.

Om twee voorbeelden hiervan te noemen:

1)      medewerkers behouden gedurende hun gehele dienstverband hun salaris en salarisuitzicht van hun huidige functie ook al zouden ze nu een andere lagere functie aangeboden krijgen/op moeten solliciteren;

2)      er vindt geen gedwongen herplaatsing buiten het ROC plaats en gedwongen ontslag is absoluut niet aan de orde.
Deze brief zullen wij ook communiceren met onze leden die werkzaam zijn bij ROC West-Brabant.
Hopend u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd, verblijven wij,
Namens de gezamenlijke vakorganisaties,

J. van den Dries, FvOv/UNIENFTO

R. Daenen, ABVAKABOFNV

M. Biekens, CNV Onderwijs

I. van der Marck, Algemene Onderwijsbond

Cc. OR ROC West-Brabant

Geen opmerkingen:

Een reactie posten